Structureel evenwicht meerjarenbegroting
Voor een structureel evenwicht in de begroting is het inzicht in de incidentele lasten en baten belangrijk. Bij incidentele lasten of baten gaat het om eenmalige zaken die zich gedurende maximaal 3 jaar voordoen. In hoofdlijn zijn lasten en baten structureel als deze jaarlijks in de begroting opgenomen (3 jaar of langer) zijn. Lasten en baten die korter dan 3 jaar worden opgenomen, zijn in principe incidenteel. Mutaties in de reserves zijn, op enkele uitzonderingen na, ook een incidentele last (storting in de reserve) of incidentele baat (onttrekking aan de reserve).
In de paragraaf ‘Geraamde incidentele baten en lasten per programma’ leggen we uit welke incidentele lasten en baten we opnemen in de begroting.
Het structureel resultaat ziet er als volgt uit:
(bedragen x € 1.000) | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
---|---|---|---|---|
Saldo meerjarenbegroting | -2.198 | -434 | 69 | 440 |
Saldo incidentele baten en lasten | 1.099 | 927 | 802 | 827 |
Resultaat structureel | -1.099 | 493 | 871 | 1.267 |
Uit bovenstaande tabel blijkt dat er in de begroting 2018 meer incidentele lasten dan incidentele baten zijn opgenomen. Daardoor is het structurele resultaat minder negatief.
In de richtlijnen van de provincie is aangegeven dat de gemeente in aanmerking komt voor het reguliere repressieve toezicht wanneer de begroting 2018 naar het oordeel van de provincie structureel in evenwicht of positief is. Mocht dit niet het geval zijn, dan dient de meerjarenraming voldoende aannemelijk te maken dat dit evenwicht uiterlijk in 2021 wordt bereikt.
De begroting 2018 is niet in evenwicht, maar in de jaren daarna wel, waardoor met het aanbieden van deze begroting naar verwachting wordt voldaan aan de eis van de provincie.